zaterdag 9 juni 2007

De tweede 10-daagse verdiepingscursus

Don’t know

De leerling vroeg aan de meester; “Wat is het doel van de schepping?” en de meester antwoordde; “Don’t know” Meester kunt U me dan vertellen wat het Grote Zelf is en de meester antwoordde: “Don’t know”. Maar meester ik ben helemaal naar U toe gereisd om U een aantal vragen te stellen, kunt U me dan alstublieft vertellen wat de zin is van al het lijden in de wereld en de meester antwoordde weer; “Don’t know”.

Het was 23.30 uur en het vliegtuig waarin ik zat maakte zich klaar voor de landing in Chennai. Ik besloot nog vóór de hectische toestanden op het vliegveld de oneness prayer te doen. Ik haalde de kleine afbeelding van Amma en Bhagavan tevoorschijn, legde mijn handen daarop en verbond me in gedachten met hen. Ik sloot mijn ogen en voelde de overdracht van hun Goddelijke energie in mij en hoorde een stem in mijn hoofd die zei; “Welkom thuis”. Het was mijn derde bezoek aan de Oneness University en het zou mijn tweede verdiepings 10-daagse worden.

Vrijdag 2 maart 2007 zag ik de campus terug en was verrast door de grote bouwactiviteiten die er plaats vonden. Op een plaats waar vroeger alleen betonijzer naar de hemel wees, werd nu hard gewerkt om een nieuwe meditatiehal te bouwen. Achter de eetzaal verrees een nieuw gebouw en ook buiten de muren van de campus werd gebouwd. Tussen de slaapgebouwen en de eetzaal verrezen overdekte wandelpaden die de cursisten moeten beschermen tegen de overvloedige zon en de al even overvloedige moessonregens. In de verte waren de vorderingen aan de tempel duidelijk zichtbaar. De bovenzijde van het gebouw was met wit marmer bekleed en later bleek dat de gebouwen rond de tempel bijna klaar of zelfs al in gebruik waren. Ik besefte dat ik inderdaad weer thuis was gekomen.

Zaterdag begon de cursus echt en we werden in de grote meditatiehal ontvangen met een bloemenkrans en een tikka (stip) tussen de wenkbrauwen. Er volgde een lezing op video door Samadarshini, een van de meest verlichte medewerksters van Bhagavan over artha, kama, dharma, mukti en moksha. Het zijn vijf fasen van ontwikkeling die de mens tijdens zijn vele levens doorloopt in de groei naar zijn uiteindelijke bestemming. Artha betekent het verzamelen van rijkdom. Het is de fase waarin we vooral ons bezig houden met het verzamelen van geld en materiele goederen. Kama is de periode die gekenmerkt wordt door plezier en leven volgens het lustprincipe. De meeste mensen blijven lange tijd in deze twee fasen steken. Uiteindelijk zal iedereen doorgroeien naar de fase van dharma, leven volgens je innerlijke bestemming. Je krijgt oog voor het levensplan dat moeder natuur voor je heeft uitgestippeld. Wanneer je leeft volgens je dharma, dan leef je in harmonie met de wetten van de natuur, met de wet van God. Je gaat leven voor een hoger doel. Het leven krijgt een andere wending en het stroomt heel gemakkelijk, het is als zwemmen in een rivier met de stroom mee. De vierde fase is die van mukti, van bevrijding. Met bevrijding wordt bedoeld bevrijding van de illusies waarin we leven. Illusie 1 is dat we menen dat de gedachten die we ervaren van ons zijn, in plaats van dat we dóór hebben dat ze uit het collectieve bewustzijn van de mensheid komen en daarin ook weer verdwijnen. Illusie 2 is dat we menen dat het lichaam dat we hebben van ons is, waarbij we niet in de gaten hebben dat ons lichaam door onze ouders gemaakt is, door het voedsel dat ons gegeven is onderhouden wordt en door de lucht die we inademen van zuurstof wordt voorzien. In dit lichaam verlopen vrijwel alle processen automatisch, de stofwisseling, de ademhaling, de hormoonproductie, de afvalverwerking en verwijdering, het verouderingsproces en ga zo maar door. En toch menen we dat dit lichaam ons eigendom is en dat WIJ er iets mee doen. WIJ hebben weinig of geen invloed op datgene wat we als ons eigendom beschouwen. Dan menen we dat we een persoonlijkheid hebben, dat is illusie nummer 3, maar in wezen leven er in ons vele persoonlijkheden die van tijd tot tijd op het toneel verschijnen om weer plaats te maken voor een andere persoonlijkheid. Dit alles schept de grootste illusie (nummer 4) waarin we leven, namelijk dat we afgescheiden zijn van de ander, van de rest van het universum. In het universum is alles met elkaar verbonden, zijn alle vormen alleen maar uitdrukkingen van één en hetzelfde bewustzijn. Mukti is bevrijding van al deze illusies, het is de toestand van verlichting. In de toestand van verlichting ervaren we de dingen zoals ze zijn, zonder de hinderlijke interferenties van het denkproces, dat wil zeggen we leven in het NU, bevrijd van de gedachten die vroeger altijd door ons hoofd spookten, gedachten die meestal een product van het verleden zijn of die zich op de toekomst richten. Als we eenmaal verlicht zijn, wacht ons aan het einde van het leven de laatste fase, die van moksha. Wanneer we op deze aarde voor het laatst ons lichaam achterlaten gaan we op in het Kosmische Zelf. Er is geen noodzaak meer om terug te keren in de cyclus van wedergeboorten. Het is een toestand van onbegrensde gelukzaligheid en oneindige vreugde. Om een beeld uit het evangelie te gebruiken: ”De verloren zoon/dochter is teruggekeerd in het huis van zijn/haar Vader”. Die avond was er een homa (ook wel yagya genoemd). Een homa is een vuuroffer dat meestal uit zeven verschillende onderdelen bestaat. Tijdens de homa werden tal van goden (die uitdrukkingen zijn van de ene God) aangeroepen om ons te helpen bij het proces waar we doorheen zouden gaan. Ganapathi (ook wel Ganesh genoemd) werd aangeroepen, hij verwijdert problemen en obstakels. De goden van de acht windrichtingen en de negen planeten werden aangeroepen enz enz. Door de homa worden de natuurwetten herschikt, zodat lichamelijke, psychische en spirituele problemen die onze groei naar verlichting in de weg zouden kunnen staan, worden opgeruimd.

Zondag was er een lezing over het lijden dat veel mensen ondergaan, lichamelijke lijden, psychische lijden dat wordt veroorzaakt door het onvermogen om liefde te geven of te ontvangen en existentieel lijden dat ontstaat door de ervaringen van afgescheidenheid. De lezing eindigde in een meditatie die mij bracht op de bodem van mijn wakend bewustzijn. Er was in mij een bijna onbegrensde ruimte en een diepe stilte. Na de meditatie heb ik nog een half uur in stilte gezeten, soms in tranen van mededogen om het lijden van anderen. Mensen die lijden in gevangenissen, mensen die in hun wanhoop van een flat springen, mensen die zich opblazen in een trein of op de markt van Bagdad. Mensen die door politici naar Irak worden gestuurd om daar te moorden. Dieren die mishandeld worden in de bio-industrie of in slachthuizen. Het paradijs waarin we zouden kunnen leven hebben we omgebouwd tot een druk bezet gekkenhuis. Als we naar de drie soorten lijden kijken en die bij elkaar optellen, dan kunnen we daaraan 100 eenheden toekennen. Als iemand arm is, dan lijdt het lichaam voor bijna 100 eenheden, de psyche lijdt een beetje en er is geen existentieel lijden. Toen Boeddha nog in het paleis woonde, kende hij geen lichamelijk en psychisch lijden, daar zorgde zijn vader wel voor, maar zijn existentiële lijden (de zinloosheid van het leven) was voor hem 100%. Dat lijden dreef hem uiteindelijk naar de zin van het leven te zoeken en verlichting na te streven. In de middag kregen we bezoek van 4 Cosmic Beings, mensen die in zo’n diepe toestand van verlichting zijn gekomen, dat ze bijna niet meer weten dat ze een lichaam hebben en daardoor bijvoorbeeld heel moeilijk lopen. Zij gaven ons, vóór de groep, op afstand oneness blessing (diksha). Eerst werd er stevig aan mijn voorhoofdchakra en kruinchakra gewerkt, waarna ik een toestand van diepe rust belandde met weinig of geen gedachten. Deze toestand duurde 20 à 25 minuten en eindigde met een half uur rust, liggend in een ontspanningshouding.

Maandagochtend was er een lezing door Anandagiri. Anandagiri is een van de naaste medewerkers van Bhagavan en reist de wereld rond om oneness blessing aan dikshagevers te geven en lezingen te geven die voor eenieder toegankelijk zijn. Ananadagiri komt in oktober naar Nederland. Zijn lezing ging over de vier fasen die een mens in het ideale geval zal doorlopen in het leven. De eerste fase wordt brahmachari genoemd en is de leerfase van de mens. Deze ligt tussen de geboorte en het 25e jaar. Daarna gaan de meeste mensen over naar de toestand van grihasta, de fase waarin het bewustzijn zich uitbreidt tot de familie. Men wordt huisvader of huismoeder. Men leeft niet meer alleen voor zichzelf, maar werkt voor het gezin en deelt alles met de partner en de kinderen. In fase drie, die van vanaprastha, gaat het hart zich verder ontwikkelen en men aanvaart verantwoordelijkheid ook voor mensen buiten de familie. Men gaat zieken en stervenden verzorgen, men wordt werkgever waardoor men anderen in staat stelt in hun levensonderhoud te voorzien, men wordt spiritueel leraar enz. In fase vier, die van sannyasa, is er geen onderscheid meer tussen jou en de ander, heel de wereld is je Zelf.

De dinsdag begon met een heel speciale ontmoeting. Toen ik ons slaapgebouw verliet waren mijn overleden ouders bij mij. Ze wandelden met mij mee en waren aanwezig bij het zingen van bhadjans (spirituele liederen die vaak honderden jaren oud zijn) in de meditatiehal. Ze waren bij me tijdens lezingen, in de eetzaal en op onze slaapzaal. Ze hebben een jonge uitstraling en zijn gelukkig. Ze begeleidden me tijdens het proces waar ik doorheen ging en vele andere overledenen, die ik af en toe diksha geef, waren op de achtergrond aanwezig en steunden mij. Ieder mens is ingebed in een zichtbare en onzichtbare wereld. Later op de dag begreep ik waarom ze bij me waren. Om 16.45 uur reden we naar het tempelcomplex voor het ontvangen van Oneness Blessing (diksha) via de Srimurti (de foto van Amma en Bhagavan die van spirituele energie is voorzien). Een voor een raakten we de foto met onze handen aan. Er vloeide een stroom van subtiele liefdevolle energie door mijn hele lichamen en ik moest huilen van ontroering om de schoonheid van de ervaring. Ik begreep nu ook de aanwezigheid van mijn vader en moeder. Kreukels in onze relatie werden door Amma en Bhagavan rechtgestreken, zodat we alle drie verder kunnen groeien. Ik begreep dat het “plaatje” dat ik van hen in mijn hoofd had niet meer klopte. Mijn vader is niet meer 47 jaar, maar 22. Mijn moeder is niet meer 86 jaar en krom van de reuma en osteoporose, maar jong en vitaal. Alles is goed zoals het is. Na het avondeten hadden we weer onze dagelijkse bijeenkomst met onze dasa (gids) Sujay om te bidden voor elkaar.

Woensdag 7 maart, de verjaardag van Bhagavan. De dag begon met een lezing van Sujay. Vol humor maakte hij ons duidelijk dat spiritualiteit te maken heeft met het leven van alle dag. Grote spirituele ervaringen zijn mooi om te ervaren, maar niet belangrijk. Waar het om gaat dat het leven in liefde en geluk geleefd wordt. Aan het einde van de lezing werd de verjaardagsboodschap van Bhagavan voorgelezen. Daarna kregen we een speciale afstandsdiksha in verband met de verjaardag van Bhagavan. Ik zonk diep in mijzelf weg en zag dat de ruimte, die ik met gesloten ogen kon waarnemen, steeds meer werd gevuld met bloemen en planten. Toen de ruimte daarmee ongeveer half gevuld was, werd de rest ingenomen door steeds meer hemelse figuren in lange gewaden, die in diepe stilte kwamen en aanwezig waren. Lange tijd bleef ik bij dit schouwspel aanwezig. Om 11 uur vervolgde Sujay zijn lezing. Alles wat we voor waar houden en geloven is slechts een concept, een idee. Verkeersregels zijn een concept, geloofsovertuigingen en politieke overtuigingen zijn concepten, het idee dat ik Anton ben is een concept. Alle concepten kunnen worden vervangen door andere concepten. Ideeën zijn nodig omdat de maatschappij er door geordend wordt. Sommige ideeën zijn nutteloos omdat ze hun functie verloren hebben. Vrijheid betekent niet dat ideeën moeten worden afgeschaft, of dat je ze niet meer zou moeten naleven, vrijheid is zien dat het slechts concepten zijn, die door andere ideeën kunnen worden vervangen. Om 16.30 uur kwamen drie Cosmic Beings, twee vrouwen (voor de vrouwen) en een man (voor de mannen), om ons een nieuwe diksha te geven die onvoorwaardelijke liefde in je wakker maakt. De mensen in onze groep zijn de eerste niet-Indiërs die deze oneness blessing kregen en ik was de eerste die hem ontving. Ik werd minuten lang omhelst en geknuffeld door een Cosmic Being die in een toestand van diepe extase was. We stonden allebei te schateren van het lachen. Nadat ik weer op mijn plekje was gaan zitten ging het schateren wel een uur lang door. Als ik naar het portret van Bhagavan keek, met zijn lachende gezicht, dan moest ik onbedaarlijk lachen. Sloot ik mijn ogen, dan zag ik het beeld van de Cosmic Being, dat veranderde in een schaterende Bhagavan en mijn lachen ging al maar door. Na een uur ebde de lachbui weg en deed mijn lichaam overal pijn. Die avond vierden we de verjaardag van Bhagavan met gezang en optredens van artiesten die in de verschillende groepen op de campus aanwezig waren. De gebouwen waren met slierten van kleine lampjes verlicht en er was volop taart.

De donderdag begon met een meditatie op het kruinchakra, waarna we afstandsdiksha kregen. Ik zonk weg in een toestand van “Wakker zijn, zonder gedachten” Na het ontbijt hebben mijn oude schoolvriend Peter en ik elkaar innig omhelst. De dikshaliefde stroomde volop. Peter en ik hebben in dezelfde klas van de lagere school gezeten. We speelden vaak bij elkaar thuis en beleefden samen veel avonturen door Schiedam onveilig te maken. Na de lagere school zijn we elkaar kwijt geraakt, onder andere doordat we ieder naar een andere vervolgschool gingen. Na vele jaren kwamen we elkaar weer tegen en bleken we allebei TM-Leraar te zijn geworden. Doordat Peter naar het buitenland verhuisde, was het contact weer verbroken en nu kwamen we elkaar weer tegen als dikshagever in dezelfde 10-dagencursus. Onze levens vertonen ook op andere gebieden een verbluffende overeenkomst. Ik ervaar dit als een van de mysteriën in mijn leven, een vriend die met mij een parallelle ontwikkeling heeft doorgemaakt. Soms raken onze levens elkaar even en dan weer verdwijnen we in de mist die moeder natuur rond ons optrekt. Overdag werden verschillende lezingen gehouden en een Koreaanse film vertoond over een oma die gedurende enkele weken haar irritant verwende kleinzoon bij haar in huis had. Wat zij ook deed, het joch was nooit tevreden en liet dat duidelijk merken. De oma was een voorbeeld van onvoorwaardelijke liefde en behandelde haar kleinkind vol respect en mededogen, ondanks zijn onhebbelijk gedrag. Na drie weken bleek, dat iets van de liefde van de oma was overgesprongen op de jongen. Bij zijn afscheid was er een spoor van menszijn in hem geboren. Om 18.30 kregen we van een vrouwelijke Cosmic Being oneness blessing, een afstandsdiksha waarbij we onze handen op een speciale manier moesten samenvouwen. Eerst werd mijn voorhoofdchakra duidelijk voelbaar, waarna mijn kruinchakra begon te steken en te jeuken. Ik zakte weg in een toestand van diepe stilte en ruimte, waarbij het bewustzijn alleen op een zeer subtiel niveau aanwezig bleef. Ik zag veel prachtige kleuren en vage figuren. Na het uitliggen wandelde ik met onvaste benen naar de eetzaal en later aan de arm van Sujay naar ons woonblok.

Vrijdag om 7.30 uur waren we op het tempelcomplex voor de oneness blessing via de Srimurti van Amma en Bhagavan. Toen ik op de foto de voeten van Amma en Bhagavan aanraakte voelde ik weer die stroom van subtiele liefde stromen. Op het moment dat ik de handen van Amma aanraakte en mijn ogen sloot, verscheen ze voor me. Ze was heel groot en ik wist niet goed of ze in me was of buiten me. Het beeld van Amma veranderde in dat van de godin Durga en later in dat van de godin Kali. Op een zeker moment wist ik niet meer of ik naar Amma, naar Durga of naar Kali keek. Later besefte ik dat de Goddelijke Moeder vele gezichten en vormen heeft. Na de plechtigheid omhelsden Peter en ik elkaar weer vol van gelukzaligheid. Twee oude mannen die dit in hun stoutste jongensdromen niet hadden kunnen bedenken. Om 16.00 uur kregen we weer diksha van onze schaterende Cosmic Being, maar deze keer werd de energie op afstand overgedragen. We moesten onze handen weer op een speciale manier gevouwen houden. Mijn voorhoofdchakra en kruinchakra lieten zich weer voelen en ik verzonk in een diepe stilte, waarin Patanjali’s vliegsutra (van het yogisch vliegen, het zogenaamde hoppen) spontaan in mij opkwam en ook de zin “Kundalini haro hanam”, uit de chakrameditatie. Mijn ogen knepen samen, mijn neus ging heen en weer bewegen, mijn lichaam begon te schudden en een snelle pranayama (ademhalingstechniek uit de yoga) kwam spontaan op gang. Na 1 à 2 minuten werd de ademhaling weer rustig, waarna de hele cyclus weer opnieuw begon. Dit ging ongeveer 25 minuten door. Na de bijeenkomst heb ik op de campus lopen wandelen om na te genieten van de rust en stilte in mij. Als ik naar de ondergaande zon keek werd mijn zonnevlecht warm. Toen begreep ik waarom die plek “zonnevlecht” wordt genoemd. In de avond was er een lezing door Srinivas over “Het doel van het leven”. Het leven heeft geen doel, het is zoals het is. Alle verwachtingen die wij hebben en alle leringen die we naleven zijn niet meer dan “plaatjes” in ons hoofd, die ons afhouden van de ervaring van het NU. Al die gedachten die je hebt, al die geweldige kennis die je meent te bezitten houden je gevangen in het web van denken, waardoor je de werkelijkheid niet kunt ervaren. Daarom zegt de meester aan het begin van dit verhaal op al de vragen van de leerling; “Don’t know”, dat wil zeggen; “De wekelijkheid kun je niet in woorden vatten, die ligt voorbij het denkproces”. Verlichting is eten als je eet, lopen als je loopt, kijken terwijl je kijkt. De meeste mensen zitten vol gedachten die ze afhouden van het ervaren van het leven zoals het is.

Op zaterdag begonnen we de dag met onze tweede homa, ter voorbereiding op een speciale diksha die we zouden krijgen van Samadarshini. Er was in mij een diepe stilte en een gevoel van overweldigende dankbaarheid. Om 10.50 uur waren we in de meditatiehal voor het ontvangen van de diksha. Toen Samadarshini binnen kwam, kreeg ik een glimlach van haar en voelde ik weer de warmte in mijn hartstreek. Na een lichtceremonie ging ze zitten en keek ieder van ons even aan. Toen ze mij aankeek kreeg ik mijn tweede glimlach en voelde ik weer de warmte in mijn hartchakra. Daarna gaf ze afstandsdiksha, waarbij we onze handen weer op een speciale manier moesten vouwen. Ik zonk langzaam weg is de grote ruimte die in mijzelf bestaat, een ruimte die is gevuld met massieve stilte. Na een klein half uur vertrok Samadarshini en in het voorbij gaan kreeg ik mijn derde glimlach met hetzelfde hartverwarmende effect. Even verderop werd een dame van diep in de tachtig door haar omhelst. Ik heb 1,5 uur op de grond gelegen in diepe stilte, geluk en vrede. Toen de meditatiehal bijna verlaten was ben ik voor de foto’s van Amma en Bhagavan gaan zitten, bijna zonder gedachten, in een toestand van; “Alles is zoals het is, alles is perfectie” Ik was er alleen maar. Om 16.30 zijn we gaan wandelen in de bergen.

Zondag 11 maart 2007. Vanmorgen hebben we elkaar in groepjes van vijf diksha gegeven. Het was weer een prachtige ervaring o.a. van “Getuige zijn”(een proces waarbij je meer de waarnemer dan de doener bent). Ik kon Amma en Bhagavan weer waarnemen. Dan weer was Amma meer op de voorgrond en dan weer Bhagavan. Ik begin Amma steeds meer te ervaren als de Goddelijke Moeder. De bijeenkomst met Srinivas om 11.00 uur was bedoeld om vragen te stellen over het geven van oneness blessing. Hij beantwoordde onze vragen en vertelde vele verhalen die gebeuren met de Srimurti. Zo is er een man in India die het portret van Amma en Bhagavan in zijn huis heeft staan. Uit dat portret stroomt water, dat wordt opgevangen en onder de mensen wordt verdeeld, waardoor vele wonderen, zoals genezingen, gebeuren. In India is het verboden om in het openbaar wonderen te doen en omdat het huis van onze man iedere dag door honderden mensen werd omringd, kwam te politie om hem te sommeren daarmee op te houden. De man vroeg in zijn gebeden aan Bhagavan wat hij moest doen en s’nachts in een droom vertelde Bhagavan dat hij moest zeggen dat het niet zijn schuld was, maar dat het portret van Bhagavan die wonderen deed en dat ze dus de foto maar moesten arresteren. De volgende dag kwam de politie weer en de man deed wat Bhagavan hem had geadviseerd, waarop de politie hem verder met rust liet. Om 16.30 uur hebben we een bezoek aan de tempel gebracht en hebben we zitten mediteren in de ruimte waar straks 8000 Cosmic Being hun meditatieprogramma zullen doen. Tijdens de meditatie werd mijn kruinchakra weer erg actief en stroomde de kundalini-energie vanuit mijn voetzolen tot in mijn kruin. Daarbij ontstond weer dezelfde sensatie als enkele dagen geleden; het samenknijpen van de ogen, het bewegen van de neus, het schudden van het lichaam en de snelle ademhaling. Na het bezoek aan de tempel zijn we weer naar de zaal met de foto’s van Amma en Bhagavan gegaan. Tijdens de oneness blessing was ik weer één met Amma. Ze was buiten me en in me.

Maandag hebben we eerst darshan ontvangen van Amma en later op de dag van Bhagavan. Om 9.30 uur waren we op het tempelcomplex en zaten we in een zaal te wachten op de komst van Amma. Amma kwam binnen, ging zitten en zegende ons met diksha-energie. We hebben gezongen, voor onze voorouders gebeden en vele malen van haar diksha ontvangen. In mij was veel fysieke warmte en een diepe stilte. Na deze bijeenkomst was er ontbijt en daarna een lezing over de factoren die lijden in je leven genereren, maar ook over de vier maatregelen die je kunt nemen om je leven te veranderen. Deze vier maatregelen zijn: 1. Accepteer jezelf zoals je bent. Ieder mens is volmaakt zoals hij op dit moment is. 2. Vergeef de ander de fouten die je in hem meent te kunnen ontdekken. 3 Gebed, vraag aan God, in al je overgave, om verandering van je situatie. 4 Diksha. Diksha doet je hart open bloeien waardoor de bovenstaande 3 maatregelen zich gemakkelijk realiseren, met als gevolg dat het leven voor je kan veranderen. Om 16.00 uur ontvingen we van Sujay een bijzondere diksha die als doel heeft seva in ons te doen ontwaken. Er zijn drie soorten seva (dienstbaarheid) namelijk 1 dienstbaarheid die je als kind krijgt aangeleerd en dan een gewoonte wordt. 2 Dienstbaarheid die ontstaat vanuit een gevoel van liefde. 3 Dienstbaarheid doordat je door God daartoe wordt aangezet. Deze laatste vorm van seva wordt, door de diksha die we van Suray kregen, in ons wakker gemaakt. Je gaat op een natuurlijke wijze helpen, daar waar God je in beweging zet. Ik zag veel kleuren tijdens de diksha, voelde mijn voorhoofdchakra erg, moest lachen in de omhelzing met Sujay en verzonk in een diepe stilte “Into great Silence” Om 18.00 uur was er darshan met Bhagavan. Wat een genade om een half uurtje in stilte bij hem te zitten. Hij draagt zijn energie op je over en ik belandde in een toestand van geluk en stilte. Het is een goede vriend, die ik al vele levens ken. Na het eten, in de meditatieruimte heb ik nog een tijdje met Peter zitten praten over onze kindertijd. Het was de laatste bijeenkomst van de cursus en met veel geknuffel en omhelzingen hebben we afscheid van elkaar genomen.

Op dinsdag is de mannengroep nog een uurtje bij elkaar geweest met Sujay en heeft hij vele vragen beantwoord over het ontwaken van Kundalini (de spirituele energie die bij het staartbeen ligt opgeslagen en die, als hij wakker wordt, zich in de richting van de kruin gaat verplaatsen) en over de problemen die daarbij kunnen ontstaan. Het is goed om Kundalini op een zachte manier wakker te maken. Wanneer het Kundalini-ontwaken te snel gaat, kan dat allerlei problemen met zich meebrengen, omdat blokkades worden doorbroken en emoties worden meegesleurd.

Na deze bijeenkomst zijn we in de bus gestapt. Ik ben 1,5 dag naar een dorpje aan zee gegaan en woensdagavond om 10 uur zijn we naar Chennai Airport gereisd, voor onze reis naar Nederland. Om 1.50 uur in de nacht stegen we op en tijdens onze vlucht herinnerde ik een verhaal dat Shrinivas ons vertelde. Het verhaal wil ons leren niet in een ivoren toren te leven, maar het leven, met al zijn spirituele kanten, te leven in vrijheid.

Rond het jaar 800 leefde er in India een grote Vedische geleerde, die Shankara heette. Veel teksten van Shankara zijn bewaard gebleven en er zijn veel verhalen rond zijn persoon in India ontstaan. Zo zou Shankara een ontmoeting hebben gehad met een papegaai, die werkelijk de hele Veda uit zijn hoofd kende en ook alle interpretaties die in de loop der eeuwen over de Veda waren verschenen. Iedere vraag die aan het dier werd gesteld, werd gevolgd door een perfect antwoord. De papegaai woonde in een Gouden kooi en leidde een vroom en teruggetrokken bestaan. Toen Shankara de geleerde vogel ontmoette was zijn eerste vraag hoe hij aan zijn onvoorstelbare kennis was gekomen. De papegaai antwoordde: Oh wijze yogi, ik zal U mijn geheim toevertrouwen. Ik eet alleen maar chilipepers, waardoor ik dit vermogen heb gekregen. Het is weliswaar een harde, gepeperde, sadhana (spirituele oefening) die ik doe, maar ik heb daardoor deze kennis gekregen en als gevolg daarvan woon ik in deze gouden kooi. Shankara was inderdaad een wijs mens en vroeg aan de papegaai; Zou je niet eens een lekkere druif lusten, iets dat het natuurlijke voedsel van een papegaai is. De papegaai antwoordde: “Oh grote meester, verleidt me niet daartoe, het zou mijn spirituele routine schaden”. Shankara echter wist de papegaai over te halen om één druif te eten en toen hij deze druif op had volgden er weldra meer. Toen de papegaai zijn buikje had rond gegeten vroeg Shankara; “Zou je het niet prettig vinden om eens wat rond te vliegen, het leven in die gouden kooi moet toch zijn beperkingen kennen. Dat is wel zo, antwoordde de papegaai, maar het behoort tot mijn status van Vedische Vogel dat ik mijn leven in deze kooi slijt. Shankara nam de gouden kooi op en plaatste hem op de top van een berg. Hij zei tegen de papegaai; “Kijk toch eens rond en zie wat er vanuit de lucht te genieten valt. Zal ik het deurtje van de kooi even open maken zodat je, al is het maar voor even, wat rond kunt vliegen?” De papegaai protesteerde weer, maar liet zich opnieuw verleiden. Hij kwam uit zijn kooi, vloog naar de vrijheid en keerde nooit meer terug.

Ik keek uit het raampje van het vliegtuig en zag aan de horizon het licht van de opkomende zon, die er lang over deed om zijn stralen aan de aarde toe te vertrouwen. Het vliegtuig vloog met de beweging van de zon mee, maar de zon haalde het langzaam in. Onder mij waren besneeuwde bergtoppen te zien en het landschap schoof traag onder ons door. Het was een beeld van overweldigende schoonheid en ik begreep waarom in het scheppingsverhaal van de bijbel staat; “En God zag dat het goed was”

Donderdag 15 maart ben ik in Nederland teruggekeerd. Even terug in Nederland om dan weer de volgende reis naar huis te maken.

Anton Blok.


Geen opmerkingen: