zaterdag 9 juni 2007

Mijn ervaringen tijdens het 21-dagenproces in India

Een spirituele verhuizing.

Ergens in april 2005 kreeg ik van de meditatie-organisatie waarvoor ik werkte een brief toegestuurd met de mededeling dat alle leraren met onmiddellijke ingang uit hun functie werden ontheven. Wilde ik als meditatieleraar blijven functioneren, dan moest ik een speciale cursus van drie weken volgen terwijl de spelregels, waarmee je als leraar te maken had, drastisch werden gewijzigd. Aangezien ik niet aan de nieuwe voorwaarden wilde en kon voldoen, was ik op die dag in april mijn hobby kwijt waar ik mij ruim 14 jaar met hart en ziel aan had gewijd. Dat was even schrikken, je wordt op zo’n moment losgemaakt van een vertrouwde spirituele omgeving en gedwongen om eens na te denken over je toekomst. Alle dingen die je in het leven overkomen hebben hun betekenis en dwingen je soms om een volgende stap te maken. Dat overkwam mij op dat moment en Moeder Natuur nam me bij de hand om me daarbij te helpen. Die hulp kwam op een onnavolgbare wijze, want na een week belde een vriend mij op om te vragen of ik met hem naar een diksha-bijeenkomst wilde gaan. Ik had wel eens eerder van diksha’s gehoord, maar omdat er zoveel spirituele stromingen zijn en ik het gevoel had mijn plekje gevonden te hebben, was er de noodzaak niet om eens bij de buurman te gaan kijken. Maar in dit geval, als “ontwortelde”, was het voor mij gemakkelijk om op het verzoek van mijn vriend in te gaan. Op het aangegeven adres waren ongeveer twintig mensen aanwezig, waarvan de meesten al een aantal diksha’s hadden ontvangen. Een diksha is een overdracht van Goddelijke energie. Deze overdracht vindt in de meeste gevallen plaats doordat de dikshagever zijn handen plaatst op het hoofd van degene die de diksha ontvangt. Diksha kan ook worden gegeven doormiddel van oogcontact of door behandeling op afstand en zelfs doormiddel van muziek of andere kunstvormen. Die avond werd het gedaan door middel van handoplegging. De mensen in de groep waarin we terecht waren gekomen, werden door de dikshagever uitgenodigd om over hun diksha-ervaringen in het leven van alledag te vertellen. Het leek wel of ik in een meditatiebijeenkomst was beland. Verhalen die ik als leraar maar al te goed kende van mensen met een lange meditatie-ervaring werden hier zomaar verteld door mensen die pas vier of vijf keer een diksha hadden ontvangen. Veel mensen vertelden over de rust en de stilte die ze ervoeren, over de lichamelijke en geestelijke klachten die waren verbeterd of waren verdwenen en over een subtiele verbinding die tot stand was gekomen met het Absolute, met het Zijn, of met God zo U wilt. Iemand vertelde dat zijn onbeheersbare woedeaanvallen na vijf diksha’s waren verdwenen! Voor mij was het heel verbazingwekkend dat deze veranderingen in zo’n korte tijd konden plaats vinden. Na deze ervaringsronde volgde een informatieve lezing van de dikshagever over het verschijnsel diksha en werd een korte pauze ingelast. Daarna ontving ik mijn eerste diksha en werd ik ondergedompeld in een bad van weldadige rust en stilte. In mijn hoofd voelde ik een wolk van warmte neerdalen, die zich langzaam over mijn hele lichaam verspreidde. Die avond wist ik dat ik mijn nieuwe huisje had gevonden en dat ik dikshagever wilde worden.

Na zo’n besluit begint de voorbereidingsfase. Om de veertien dagen ging ik diksha ontvangen en ik sprak met vrienden die de overstap naar de diksha-beweging al eerder hadden gemaakt. Ik ging een boekje kopen dat “Het vuur uit de Hemel” heet en geschreven is door Kiara Windrider. Dat boekje, waarin Kiara vertelt hoe hij in India door een proces van 21 dagen ging om dikshagever te worden, las ik moeiteloos vijf keer door om alle kennis op te zuigen. In mij begonnen grote veranderingen op te treden. Ik voelde mij de hele dag verbonden met iets dat onbegrensd groot en wijs is. Iets dat de hele kosmos bestuurt en alles volmaakt voor jou regelt. Daarbij kreeg ik ervaringen die ik voorheen als fantasie zou hebben afgedaan. Als ik door het bos wandelde waren Amma en Bhagavan bij mij. Amma wandelde links van mij en Bhagavan rechts. Ik kon ze niet zien, maar hun aanwezigheid was zeer nadrukkelijk. Amma en Bhagavan vormen een avatar-echtpaar. Een avatar is iemand die met een speciale opdracht naar de aarde is gekomen. Einstein was een avatar van de natuurkunde en Gandhi van de geweldloze weerbaarheid. Misschien was Mozart, wiens geboortejaar we nu vieren, wel een avatar van de muziek. Al deze mensen gaven een nieuwe richting aan het gebied waarin zij werkzaam waren. Zo zijn er ook spirituele avatars, mensen die met een Goddelijke opdracht naar deze aarde worden gestuurd om de mensen weer op het juiste pad terug te geleiden. Heer Krishna was een avatar en koning Ram, wiens daden in de Ramayana worden verhaald. Heer Boeddha was er een en Jezus van Nazareth. Zij allen wezen de mensen in hun tijd de weg om tot volmaaktheid te komen. In alle spirituele tradities wordt God gezien en ervaren in zowel een mannelijke als in een vrouwelijke vorm. In vroege evangeliën, die in het Aramees zijn geschreven, wordt steeds gesproken over God de Vader/Moeder. Zo is Amma een uitdrukking van God de Moeder en Bhagavan van God de Vader. Zij zijn degenen die de diksha-energie naar de aarde hebben gebracht en mensen opleiden om deze energie over de wereldbevolking te verspreiden. De opdracht van Amma en Bhagavan is om de mensheid tussen 2009 en 2012 naar verlichting te leiden.

Later “wandelden” Bhagavan en Amma naast mij wanneer ik op de Lijnbaan in Rotterdam liep en weer later waren zij nadrukkelijk aanwezig bij mij thuis. Ik begon toen pas te begrijpen wat een roeping is. In mijn Katholieke tijd werd ons steeds erop gewezen dat het priesterschap, of het verlangen om het leven van een kloosterling te leiden, een roeping is. Ik begon sterk te ervaren dat ik het niet zelf was die had besloten om naar India af te reizen, maar dat ik geroepen werd om daar naar toe te gaan. Ik hoefde alleen maar met de stroom mee te drijven. Alles werd voor mij geregeld en ik hoefde bijna niets te doen. Zo stond ik tot mijn verbazing begin november 2005 op Schiphol om via Parijs naar Chennai in Zuid India te vliegen. Ik reisde in het gezelschap van 31 andere Nederlanders, die veelal vergelijkbare ervaringen hadden als ik. We verbleven enkele dagen in Chennai en maakten van de gelegenheid gebruik om enkele keren naar Neman te reizen om een darshan bij Amma mee te maken. Amma geeft twee maal per dag darshan, waarbij ze Goddelijke energie overdraagt aan de mensen die zijn gekomen. Per keer komen zo’n achtduizend mensen uit alle delen van India naar Newman en ook een enkele Westerling. Het is indrukwekkend om in haar aanwezigheid te zijn. Ik voelde iedere keer als zij haar handen ophief een warme stroom energie in mijn wervelkolom, in mijn nek en achterhoofd. Wanneer Amma zich heeft teruggetrokken, geven de dikshagevers die naar Amma zijn gekomen om zelf van haar diksha te ontvangen, diksha aan de mensen die nog staan na te genieten van hun ontmoeting met Amma. Ik realiseerde mij dat wanneer we weer bij haar zouden terug komen, kort voor ons vertrek naar Nederland, ik ook diksha zou kunnen geven aan die lieve en devote Indiase mensen.

Op 6 november vertrokken we naar de Oneness University, de ashram van Bhagavan in Varadayapalem. De ashram ligt in een gebied dat eeuwenlang bekend staat door de aanwezigheid van vele heiligen en yogi’s. Sommigen van hen zijn vele honderden jaren oud en hebben een lichtlichaam aangenomen, waardoor ze voor de meeste mensen onzichtbaar zijn geworden. Een van deze yogi’s werkt samen met Bhagavan. Het doel van het verblijf in de ashram is, om het lichaam van de toekomstige dikshagever zodanig te veranderen dat hij/zij een “doorgeefluik” wordt voor diksha-energie. Daarvoor is een programma ontworpen waarin drie onderdelen zijn te onderkennen. De eerste week van het verblijf staat in het teken van zuivering, waarbij allerlei oude frustraties en blokkades worden opgeruimd. De tweede week is gericht op een sterke groei naar verlichting en in de derde week krijg je het vermogen om diksha-energie over te dragen.

Tijdens de zuiveringsperiode worden een aantal homa’s gedaan, vuuroffers die ook wel yagya’s worden genoemd. Tijdens de homa’s worden het lichaam, het energielichaam, de geest (mind), het intellect en het ego gezuiverd. Steeds worden er bepaalde rituelen gedaan die er voor zorgen dat alle kosha’s (de omhulsels van je Goddelijke aard) worden ontdaan van blokkades die verantwoordelijk zijn voor de ervaring van afgescheidenheid van het Al. Aan het einde van de homa is er een ritueel dat de overgave aan God moet vergemakkelijken. Tijdens dat ritueel kreeg ik een prachtig visioen, waarin ik zag dat een piepkleine Anton, ik was zo groot als een mier, werd gedragen door een geweldig grote hand van God. Iets dat ik altijd al wist werd me nu in beelden nog eens duidelijk gemaakt. Het hele proces van verandering wordt begeleid door dasa’s, door gidsen die al vele jaren medewerker zijn van Bhagavan en die allemaal een hoge staat van verlichting hebben bereikt. Deze prachtige, liefdevolle mensen doen de ceremonieën die noodzakelijk zijn om de leerling in bewustzijn te doen groeien, geven lezingen die inzicht geven in het proces waar de leerling doorheen gaat, leiden meditaties die iedere dag weer terugkeren en staan de leerling met raad en daad terzijde wanneer er moeilijkheden optreden tijdens het groeiproces. Een van de mooiste verhalen die een van de dasa’s ons vertelde vond ik het volgende: Een man droomde dat hij met God liep te wandelen over het strand terwijl hij tevens bepaalde periodes van zijn leven kon overzien. Hij bemerkte dat wanneer het leven voor hem gemakkelijk was, er twee sporen voetstappen waarneembaar waren in het zand, die van God en die van hemzelf. Iedere keer dat het leven hard en wreed voor hem was zag hij dat er nog maar één spoor voetstappen zichtbaar was. Hij mopperde tegen God: “Moet je zien, als ik je het meeste nodig heb dan ben je er niet, kijk maar, dan zie ik nog maar één spoor” Maar God zei tegen hem: “Je vergist je, als jij in de problemen zit dan ben ik het die je draagt, vandaar dat ene spoor”.

Diksha’s worden in de ashram op een andere manier overgedragen dan in Nederland de gewoonte is. Bij ons gebeurt dat in de meeste gevallen door middel van handoplegging, maar in de ashram worden de leerlingen naar een ruimte gebracht waarin een aantal Cosmic Beings zitten. Cosmic Beings zijn mensen die in een hoge staat van verlichting verkeren. Zij ervaren de hele dag de toestand van samadhi, een toestand van meditatie waarin alle lichamelijke functies tot zo’n diepe rust zijn gekomen, dat het lichaam nog maar nauwelijks functioneert. In de ruimte waarin we mediteerden, zaten deze mensen op rij vóór ons met hun gezichten naar ons toegekeerd, zes vrouwen aan de rechterzijde, dan was er een schijnbaar lege stoel en dan aan de linker zijde vier mannen, allen onbeweeglijk alsof het wassen beelden waren. In de schijnbaar lege stoel zat de onzichtbare yogi waarover ik eerder in mijn verhaal al iets vertelde. Wanneer ik daar ging zitten om te mediteren, was ik binnen enkele minuten van deze wereld verdwenen en ervoer ik alleen maar een onbegrensde rust en ruimte. Na een half uur kwam ik vanzelf uit meditatie door het geroezemoes om mij heen van mensen die opstonden om de hal te verlaten. In de tijd dat ik van deze wereld was “verdwenen” werden door de Cosmic Beings alle “reparaties” aan mij verricht die noodzakelijk waren om in een latere fase diksha-energie te kunnen doorgeven. Iedere dag herhaalde zich dit proces waarbij in ieder van ons een grote transformatie optrad.

De tweede week stond in het teken van groei naar verlichting, een proces waarbij de Cosmic Beings een belangrijke rol spelen. Het ervaren van verlichting is een neurofysiologisch proces waarbij vooral de hersenen op een andere manier gaan functioneren. De wandbeenkwabben (pariëtale kwabben) worden naar een rustiger niveau van functioneren gebracht waardoor het vermogen om rust en stilte te ervaren toeneemt, terwijl de voorhoofdkwab wordt geactiveerd. In deze voorhoofdkwab zetelt het vermogen om je te verbinden met het Al en zo op een spontane manier te gaan leven in harmonie met de wil van God, of anders gezegd met de wetten van de natuur. In de toestand van verlichting komt het denken tot stilstand op de momenten dat je het niet nodig hebt. Het zeurderige stemmetje in je hoofd, dat de hele dag maar doorkakelt, is verdwenen. Als je de dingen om je heen ervaart, zwijgt de commentator in je hoofd die anders zegt of iets mooi of lelijk is, of iets aantrekkelijk dan wel afstotend is enz.. Daardoor ben je in staat een boom te ervaren zoals hij is, en niet hoe hij zou moeten zijn volgens jouw eerdere ervaringen met bomen. Kortom je leeft in het nu en niet meer in het verleden. Je bekijkt alle dingen met een schone lei. Dat is waar diksha’s je heen sturen, naar verlichting, naar het ervaren van de eenheid van alle dingen. Bhagavan leert dat je verlichting niet op eigen kracht kunt bereiken. Er bestaat geen weg die je aflegt en waarop je een eindstreep passeert waarboven een spandoek hangt met de tekst: “U bent vanaf heden verlicht”. Verlichting is een genade die traditioneel wordt mogelijk gemaakt doordat de Guru de leerling door middel van diksha in contact brengt met God. Meditatie, yoga en de vele andere technieken die er bestaan om het bewustzijn te verruimen, maken de leerling alleen maar klaar om de genade van de verlichting te ontvangen. De uiteindelijke verlichting wordt je door God geschonken. Je zou het denken kunnen beschouwen als een muur die staat tussen God en jou. De hele dag zijn we zo gefascineerd door het stemmetje in ons hoofd dat we vergeten zijn dat we een hart hebben, waarin ons gevoelsleven en onze intuïtie zetelen. We hebben het ervaren van God ingeruild voor de fascinatie voor het intellect. Het intellect is natuurlijk een geweldig hulpmiddel voor ons, maar niet meer dan dat. Het zinnetje: “Ik denk en dus besta ik” zou moeten worden veranderd in “Ik denk en dus besta ik bijna niet meer” In die muur van het denken wordt door de diksha een gat gemaakt, waardoor God het werk kan overnemen en de ontmoeting met de mens tot stand kan worden gebracht. Het is niet de mens die God ontmoet, maar God die de mens ontmoet.

Het is de derde week en hier citeer ik uit mijn dagboek met als datum maandag 21 november 2005. “Vanmorgen iets voor zes uur ontwaakte ik met het beeld van Bhagavan in mijn borst. Het beeld was helder aanwezig en ik voelde zijn aanwezigheid heel fysiek in mij. Onder de douche moest ik huilen om de schoonheid van de ervaring en ik heb Bhagavan de hele dag met mij mee gedragen”, einde citaat. In feite is deze ervaring tot op heden bij mij gebleven. Veel van de dikshagevers zijn sterk verbonden met God, ieder op zijn/haar eigen wijze. Zoals ik Bhagavan met mij meedraag en ook Amma en de Heilige Geest, zo zijn anderen verbonden met Jezus, met Boeddha, met Krishna en ga zo maar door. God is onbegrensd en niet te vatten door het begrensde intellect. Hij kan zich aan ons voordoen in elke vorm die past bij ons beperkt voorstellingsvermogen. Dat voorstellingsvermogen wordt bepaald door de cultuur waarin we zijn opgegroeid, door de religie die we al dan niet aanhangen, door onze opvoeding en door vele andere factoren. Zo is in mij een oud Christelijk gebed wakker geworden, dat ik in mijn Katholieke jaren vaak heb moeten bidden zonder dat ik er enig contact mee had. Nu is het voor mij belangrijk en bezielend geworden omdat het precies weergeeft waar het bij diksha’s om gaat. Het gebed gaat als volgt:

Kom Heilige Geest,
vervul de harten van Uw gelovigen
en ontsteek in hen het vuur van Uw liefde.
Zendt Uw Geest uit
en alles zal worden herschapen
en gij zult het aanschijn der aarde vernieuwen.

De volgende dag was de initiatieplechtigheid, waarbij we het vermogen kregen om diksha-energie over te dragen op andere mensen. Ik vergelijk een dikshagever graag met een fluit. De fluitist blaast op de fluit en brengt zijn muziek over op de toehoorders, die ervan genieten. De fluit is slechts een passief middel in de handen van de musicus. Zo ook is de dikshagever een passief hulpmiddel in de handen van God. God draagt zijn energie over op de mens die diksha wil ontvangen waarbij de dikshagever het instrument is waardoor de energie stroomt. Na de initiatie gaven we aan elkaar diksha, een ervaring die op mij een diepe indruk maakte.

Vrijdag 25 november was een heel speciale dag. In de morgen brachten we een bezoek aan de Oneness Temple, een tempel die wordt gebouwd op een van de meest energetische plaatsen van de wereld. In deze tempel moeten achtduizend mensen iedere dag mediteren om een gigantische energie over de aarde te verspreiden die het voor een ieder gemakkelijk zal maken de toestand van verlichting te bereiken. De bouw van de tempel is grotendeels klaar, alleen de afwerking moet nog plaatsvinden. Vele witmarmeren tegels moeten worden aangebracht om het een waardige plaats te maken waar Gods aanwezigheid sterk waarneembaar zal zijn. Voordat we de tempel konden betreden kwamen een achttal Indiase vrouwen aan ons vragen om diksha te geven, hetgeen we ter plekke deden. Het was een ontroerende plechtigheid die ik niet gauw zal vergeten. De tempel is zo geconstrueerd dat bij het betreden alle chakra’s worden geactiveerd. Hij bestaat uit drie lagen en de bovenzaal van 125 bij 125 meter is een zaal zonder pilaren. Het is de grootste vrije overspanning van Azië. In deze zaal zullen de 8000 Cosmic Beings hun meditatieprogramma doen. Wij hebben in deze zaal gemediteerd en mijn ervaring was dat er hard aan Sahasrara, het kruinchakra, werd gewerkt. In de avond hebben we een bezoek aan Bhagavan gebracht. Ik had al eerder darshan bij Bhagavan meegemaakt en toen ik hem voor het eerst zag, had ik de ervaring dat ik een heel goede vriend, die ik in lange tijd niet had gezien, weer ontmoette. Bij eerdere darshans van Bhagavan werd niet gesproken, maar op die vrijdagavond stond Bhagavan erop om met de Nederlandse groep te spreken, iets dat tot grote verbazing leidde bij de dasa’s die ons begeleidden, omdat Bhagavan al sinds zeven maanden niet meer met groepen gesproken had. Het was een avond om nooit meer te vergeten, een Bhagavan die zoveel liefde en warmte uitstraalde in het beantwoorden van al onze vragen.

Zaterdag 26 november zijn we vanuit de ashram van Bhagavan gereisd naar de ashram van Amma in Newman. We hebben daar de middagdarshan meegemaakt die weer even overrompelend was als de eerste keer dat we haar ontmoetten. We zaten daar als groep vooraan in een menigte van 8000 mensen. Na afloop van de darshan hebben we aan duizenden mensen diksha gegeven. Die zaterdag zijn we doorgereisd naar Chennai om ons voor te bereiden op onze terugtocht naar Nederland. Nog één keer zijn we op zondag naar Newman gegaan om nog even bij Amma te kunnen zijn. Ook toen weer begaven we ons in de menigte om mensen diksha te geven. Maandag vroeg in de nacht steeg ons vliegtuig op, om ons naar Nederland terug te brengen. Ik voel mij zo verbonden met de mensen die zijn achtergebleven, dat ik niet echt ben weggegaan. Ik heb mijn nieuwe spirituele thuis bij hen gevonden en ik ben God eeuwig dankbaar, dat hij de dingen voor mij zo heeft geregeld dat ik dit kon meemaken. Mijn oude meditatiecentrum is omgevormd tot Diksha- en Meditatiecentrum Papendrecht en ik zie rond mij heen kleine en grote wonderen voltrekken. Mensen die diksha krijgen maken soms een spectaculaire spirituele groei door, terwijl ook hun lichamelijke problemen en andere blokkades op het pad naar verlichting in een onbegrijpelijk korte tijd kunnen oplossen of verzachten. Zelf ben ik de verbaasde toeschouwer geworden van al die dingen en voel me meer en meer verbonden met de bron die dit alles mogelijk maakt.

Anton Blok

2 opmerkingen:

Gert Overweg zei

heel Verhelderend en Schittered weergegeven, Alles wordt weer meer duidelijk voor Mij,,,
Dank je wel Anton!

Namasté
Gert

Johan zei

Blijft mooi en nog steeds een inspiratie. Ik denk met vredig en fijn gevoel terug aan de meditatie en disha bijeenkomsten bij Anton en ben dankbaar voor alle mooie momenten. Johan